De Erekannunik
Geduld, respect en saamhorigheid
Serveersuggestie
Mevr. van der Pol
Icoon
Uit nutteloze noodzaak
laten we eerlijk zijn
als beest zijn we totaal mislukt
ik zie mij daar nog staan
op een savanne zonder uitvlucht
in het volle licht der dieren
een mond vol tanden
heel modern, heel gênant
vandaag
regerend met draadloze hand
in een land gebouwd onder water
met mensenrechten, koffieapparaten
en de natuur in mooie reservaten
voel ik nog steeds diezelfde angst
niets is veranderd
weids en eindeloos gaapt de savanne
welkom in mijn hoofd
het is een doos vol zwarte gaten
alles wat een mens verzint
zuigt zich erin: zeppelins, vakanties
zelfhaat, witte fosfor, dildo’s, anorexia
dubbelvla, dwangneuroses, shalali shalala
of de lol om een gemarteld paard
ook de dingen die niemand wil verzinnen
zitten erin: gewoon, voor de heb
ik draag een hoofd als een handicap
zwellend, kolkend, almaar zwellend
altijd vloed, nooit nog eb
geen vijand bleef er voor mij over
leeuw, griep, pest, slang
zelfs de dood slaapt aan een leiband
maar diep van binnen
in mijn grote grabbelton
daar vond ik er nog één
splinternieuw, zelfverzonnen
scharrelt een vijand
op de bodem van mijn vrije tijd
zinloos in de rondte
ik noem hem: Eeuwigheid
louter de gelegenheid
erover na te denken
volstond om hem te scheppen
gevangen zit ik als een rat
in mijn hobby, dag en nacht
en ik ben bang
ik was van plan een heldenstuk te schrijven
over het belang van kunst
haar grote nut maar mijn blad zweeg indrukwekkend
en alle muzen weken
de waarheid is
zij heeft geen nut
kunst is maar een bijproduct
zij is niet nodig om te kunnen
eten, neuken, ademen
maar één ding kan ze
zij kan vechten waar ik vlucht
zij kan, met haar ene giftand
zij het voor een kort moment
mij redden van de eeuwigheid
en dit verlammend gat verlammen
bij een vijand zonder handvat
helpt alleen het nutteloze
dan helpt kerven in een bot
stieren schetsen in een grot
dan helpt de nachtwacht
en het zingen bij een dode
uit nutteloze noodzaak
schiep kunst de mens
en als ik verstijf op mijn savanne
van bedreigend vrije tijd
als ik mijzelf vervloek
om dit uitzicht zonder eind
als mijn kop breekt van het licht
dan huil ik niet, dan schreeuw ik niet
ik hang mijzelf niet op
maar pak een pen
en schrijf u dit gedicht
Dichter des Vaderlands,
Ramsey Nasr
Piëta
@ Barbara, anders dan ik van jou gewend ben. Voor jou helder, voor mij sterk bevreemdend. Kunst van het zuiverste water!
De categorie wonderwezens is met ‘ik’ uitgebreid. Naast de 1hoorn kan voortaan
ook de ‘ik’ figureren. Ik weet niet goed wat ik ervan moet denken. Ik schrijf mijn
associaties maar op terwijl ik de onwelgevoeglijke onderdruk.
Een kruising van een hertje en een ooievaar? Een wezen dat wil vliegen maar
altijd achteruit kijkend niet hogerop komt?. Een hybride bij wie de vermogens van achteren zitten? Wat moet ik denken van die sombere, besmuikte mond? Ze/hij/het is wel als om door een ringetje te halen. Mijns inziens wil de maakster iets verbeelden, iets mededelen, maar ze doet het zo dat de arme kijker buitengesloten blijft.
Intrigerend en speels in ieder geval.
Dank je Baruman!
Leuk Abel :-)
dit roept veel op en laat ook veel te associëren over. Mooi verweven.
Dank, Soli!
het zelfbeeld steigert
ringelorend, versierend
ons blote voorwerk ;-)
:-)
Het steigert en staat
in onderdelen te kijk
uit het achtereind
van één