Ooit, lang geleden, heb ik illustraties gemaakt bij de verhalen van Beppe Maaike’s Ondraaglijke Vertellingen.
Dit manuscript is onbekend en onuitgegeven, waardoor nu alle pogingen in het werk worden gesteld dit werk aan de vergetelheid te ontrukken.
Vorig jaar oktober heb ik op het vk-blog iedereen uitgenodigd over een prent uit dit manuscript de gedachten te laten gaan. Dat was een prent bij het verhaal ‘Penelopé’. Het werd een schitterende verzameling proza en poëzie voorafgegaan van het originele verhaal waar de prent bij hoort.
Hierbij deze Penelopé-verzameling, met dank.
Penelope, fragment van de oorspronkelijke tekst van Beppe Maaike’s Onverdraaglijke Vertellingen.
Een klein straaltje zon brak door de wolken heen en danste over de golven en over het bedorven permanentie van mevrouw Penelope. Hoe stil zat ze daar tussen haar rommel. Alleen met haar herinneringen die zo onbenullig waren. Alleen met haar gedachten die nog onbenulliger waren. Ze moest de bewoners waarschuwen maar ze wist niet waarom. Wat was er gebeurd? Ze had een idee gekregen over de loop der dingen. Bij de zee wilde ze delen wat haar door hogerhand was ingegeven of iets dergelijks. Weg van de mensen, van de stront en van de drek kreeg ze liefdevolle gevoelens. Ze tekende met haar vingers in het natte zand. Kleine stukjes schelp fleurde de grond wat op. Zwarte pikkeltjes. Diep in de aarde brandt een vuur en als je doorstoot kom je op dezelfde plek weer uit. Dat wist ze dan nog wel.. Maar zo’n onderneming daar had ze zich nooit aan willen wagen. Ooit was er een man geweest die had haar dergelijke voorstellen gedaan maar ze was er voor teruggeschrokken. Het vrouwenbloed bond haar aan de kookplaat en het borduurzetje had ze de man wijsgemaakt die onmiddellijk was opgestapt.
Ze haalde een boekje uit haar binnenzak,met zijde gebonden, en begon te lezen. Het strand was nat maar zonnig. De eerste badgasten doken op om in strandstoelen te gaan zitten. De zongenieters hadden op deze winterdag nog een overvloed aan ruimte…Beppe Maaike
Zonnefluisteraar
Welnee joh, je ziet er toch prima uit.
Echt, je straalt als nooit tevoren, dus verstop je niet langer buiten het zichtbare kader.Boos, nee ze zijn niet boos op je, ze weten echt wel dat die opwarming jouw schuld niet is, bovendien smelten de ijskappen minder snel dan gedacht.
Die UV-straling, ach daar hebben ze smeerseltjes voor die prima beschermen, dus je maakt ze echt niet ziek, sterker nog, jouw stralen maken vitamine B aan waardoor ze juist sterker en gezonder worden.
Ja, echt, dus kom je nu tevoorschijn?
Doe het anders voor mij, voor mijn geloofwaardigheid als zonnefluisteraar.©100_woorden
Genesis – dag 2
Die nacht had God niet echt geslapen
het groeide bijna in zijn hand
de hemelboog met sterren aan
de zon als licht en ’s nachts de maande blauwe lucht, het water, land
hij had het allemaal in gedachten
en werd door fierheid overmand
want het zou goed zijn en hij lachtemaar er was niemand die verwachtte
geen man, geen vrouw, nog zelfs geen hond
geen ziel om vreugde mee te delenGod was eenzaam maar hij trachtte
te geloven dat het toch bestond
zijn evenbeeld, om mee te spelen.© bert deben
Siddering
door mij heen leef jij
siddering
die mijn leven tekent
dag in dag uit
in het zand om ooit
weer te verwaaienmijn helft weg
laat ik me meevoeren
naar overal
jouw ziel
door mij heengolven over zeeën
nog verder
waar geen grenzen zijn
dáár wil ik samensmelten
op die ene heldere toon
als de boog ontspant©svara
De brief
Die avond was hij met de brief naar het strand gegaan. Thuis hield hij het niet meer. Hij had de tekst al drie keer gelezen, maar hij kon de inhoud nog steeds niet bevatten. Dit schreef zijn beste collega, zijn vertrouwde metgezel van de laatste, afmattende intense weken. Deze bittere woorden kwamen rechtstreeks van zijn hand, uit zijn hoofd, dit waren zijn gedachten! Hoe had hij zich zo kunnen vergissen! Hoe blind was hij geweest voor de signalen van zijn metgezel! Hij die toch altijd klaar stond, in alle oprechtheid en eerlijkheid. Hij die nooit iemand kwaad zou doen, die met recht en reden een van de betrouwbaarste mannen was in het circuit. Hij, de mens geworden morele standaard! Hij moest het nu ontgelden, aan hem waren deze bittere woorden rechtstreeks gericht.
Hij zakte vertwijfeld neer op het natte zand. Vanuit de Tweede Maasvlakte stak een koude Frits Wester op. Hij huiverde, trok zijn mantel steviger om zich heen en richtte zich vertwijfeld tot Hem.
‘Heer, in opperste nood en ten einde raad richt ik mij tot U. Wat raadt Gij mij? Hoe moet ik verder? Gij die alle poorten opent, ijzeren tralies doet buigen als satéstokjes, Gij die mij alle gereedschap in handen geeft, die mij kent als geen ander, wijs mij een nieuwe Klink. Opdat ik de juiste deur op het juiste moment open doe!’
©thrammy
Penelope
en aan de rand penelope
men las toen nog geen odyssee
haar wensen kaatsten in het water
en later werd het, later‘waar is mijn man, mijn odysseus
wanneer leeft hij weer in mijn huis
ik mis zijn krullen, mis zijn baard
ik mis de daden van zijn zwaard’maar water stilt, als de beste
dus zweeg zij mee ten lange leste
zo hoorde men slechts lege zee
en aan de rand penelope©lebonton
Naar zee
Met zijn vingers trekt hij trekt hij wat lijnen in het zand. Morgen zullen ze weer weg zijn. Verder staan er weinig dingen vast. De dagen zijn het zelfde; iedere dag hetzelfde. Zijn hoofd is elders. Aan boord van de Servantes Ponakes. Hij was er matroos. Het schip ziet hij iedere dag wegvaren. De zeilen zakken langzaam over de horizon. Iedere dag weer. Nog steeds kan hij niet verkroppen dat hij van het schip is gezet. De reden is banaal. Door de knokkelkoorts was hij niet meer in staat het dek te breeuwen, de zeilen te reven en de kaapstander te hieuwen. De koorts zou overgaan na een dag of wat, maar toen al ging het mis.
Hij vreet zich op hier aan de kustlijn. Hij weet dat hij moet hopen op een schip dat hem ziet. Hij zou vuur en rook moeten maken, maar zelfs het drinken van wat water en het leegslurpen van rauwe schelpdieren doet hij omdat hij weet dat het moet. De zin van alles is hem ontgaan. Op zijn vorige schip was hij een gevierd man. Altijd in voor een extra klus, het organiseren van een bonte avond, of het helpen van de kok, zeg maar liever het overnemen van zijn werk; hij houdt van koken. De kapitein van de Servantes wilde hem graag hebben. Zijn schip had een belangrijke taak gekregen, maar zijn bemanning was nog niet op elkaar ingespeeld en gaf niet net dat beetje extra wat bij het openleggen van nieuwe gebieden hoort.
Kort na de eerste landing op de kust is hij ziek geworden. Het ging net. Hij hield het vol en wist dat hij er wel overheen zou komen. Nog een paar dagen. De hoofdpijn stampt harder dan het schip. De bootsman loopt langs en vraagt of hij weer snel beter zal zijn: “Je krijgt hier niet voor niets te eten.” Het klinkt als een grap, maar toch ook weer niet. Hij verwerpt de gedachte. Het zal de koorts wel zijn. Na een dag of zes neemt de pijn in zijn vingers vreselijk toe, de koorts loopt op en hij ijlt. Als hij wakker wordt ziet hij dat zijn rechter duim is verdwenen. Zijn hand doet vreselijk pijn, maar nog erger is een blik de toekomst in. Die duim zal hij gaan missen. Heel erg missen. Ach hij is van zessen klaar en bedenkt zich dat hij naast het handwerk, waar die duim voor nodig is, nog wel meer kan.
In de verte ziet hij een klein eiland, met bomen en rotsen en een wit strand. De branding is er rustig. Een mooie plek om vers water te halen. Dat kan hij nog wel. De bootman stuurt hem samen met de kwartiermeester in een sloep naar de wal. Drie grote houten vaten gaan mee. Het roeien gaat moeilijk. Zelfs het roeien. Wat ben ik voor een zeeman. Maar het gaat verdomme wel. Zullen we nog even gaan kijken? vraagt hij als de vaten vol zijn. Nee ga jij maar ik heb het wel gezien. Het eiland is een gedoofde vulkaan. Delen van de krater zijn ingestort en er binnen in de vochtige atmosfeer is het groen. Als hij weer naar de sloep loopt ziet hij dat die weg is. Hij is alleen met al die schoonheid.
Aan die waterrand zit hij nu al dagen. Hij die niet eens de kans heeft gekregen. De zon brandt zijn kale schedel bruin. Zijn vingers woelen door het zand. Hij ziet de stralen van de zon achter de wolken vandaan komen. Hij voelt de mantel die om zijn schouders valt en zijn vale werk kloffie verdwijnt van zijn tanige lijf.
©Martin Broek
“Penelope”
de wind bladert in het water
en over het strand
dreunen de golven golven uit
daar waar hij komt
blijven zijn heroische daden achterzij komt nergens
zij is slechts de zwijgende wachtende
op reis in haar binnenste
daar ontrafelt zij haar innerlijk
ontbindt eerdere bindingen
lost inwonende verwachtingen op
zij geeft die sprakeloosheid
opgeofferd in al die vrouwen
een taal en een lied
en spreekt tot de zonnog wacht zij op haar man
maar anders nu
ze zalft de wonden
droomt
die golf is een boom
die boom een boek
dicht en gesloten
door de zwaarte van de zee……”©jeg-synes
Penelope
Ik zit op Ameland aan het strand
en teken tekens in het zand.De yin de eb, de yang de vloed,
de einder straalt me tegemoet*Penelope, was jij maar hier,
en niet daar, alleen, op Schier,dan drukte ‘k je billen in het zand;
Yin-yang** aan de waterkant.©Vogel-vrij
* De vuurtoren van Schiermonnikoog.
** De mooiste billen ooit geschapen.
Yin – yang
Het kan flink spoken op de Zuid-Chinese zee.Tyfoon op tyfoon
De Yin-yang III lag vol onder stoom,
stampend tegen golven die als pagodes oprezen uit het regen-gegeselde water.De I werd in het voorjaar van 1917 getorpedeerd op de rede van Hong Kong.
De II zonk na een aanvaring met een bultrug.
Althans, dat was, hoe onwaarschijnlijk ook, de officiële lezing.
Niemand die het geloofde, de oude Chinese legendes waren hardnekkiger dan welke officiële mededeling ook.Er deden verhalen de rondte over een ijsberg,
die ondanks de tropische wateren rond Hong Kong niet slonk maar aangroeide.
Een ijsberg die was uitgroeid tot mythische proporties.Benedendeks verhaalden provoost en bootsman over het arctische monster dat zich sluimerend ophoudt onder het wateroppervlak. Een ijzingwekkend wezen dat schepen volgt op de grote vaart, en zich bij nacht en ontij uit het water verheft om haar prooi vlak onder de waterlinie open te rijten.
Het was zompig en drukkend in het vooronder. De verhalen werden weggespoeld met grove whisky on weinig rocks.
De ijskolos zou drenkelingen achtervolgen en opslokken, zo ging het verhaal.
Niemand zou kunnen ontkomen, niemand werd gespaard.
Hele bemanningen zouden vastzitten in het kraakheldere ijs, alsof ze zweefden in verstild sterk water.
Zelfs een sloep kadetten, roeiend voor hun leven zou niet uit de kille greep van het ijzige monster hebben kunnen blijven.Pei Noh Lei Pi, noemen de lokale vissers haar, Cantonees voor ‘Zij die straalt van kou’
Eeuwen geleden zouden Chinese walvisvaarders een zeemeermin hebben gevangen en misbruikt.
Haar staart was blauw geweest, als sneeuw.
Toen ze overboord werd gezet, kleurde de poolzee laaiend indigo.
De meermin volgde de walvisjager, dag in dag uit.
’s Nachts was de zee rond het schip blauw verlicht.
Op vijftig mijl uit de kust van Hong Kong liep de walvisvaarder aan de grond op een rotsig eiland.
Het wrak werd maanden later gevonden door een passerend koopvaardijschip.
Er waren geen sporen van overlevenden.“Ze is het topje van de ijsberg”, zei de bootsman.
“Haar staart is een rif van ijs en wraak.”“De stuurman van de II, heeft haar gezien toch?
“Die is aangespoeld toch, nadat de II is vergaan?”“Ja, hij heeft haar gezien. Hij heeft gezien hoe ze zich stralend uit het water verhief.
Hij heeft gezien hoe mooi ze is.”“Hij schreef in het zand dat hij moest gaan.”
©Miep van der Rohe
Reik mij het licht
ik heb het nodig,
dacht de man
Balancerend
op een zijden draadje van mijn leven
wil ik verder gaan
Alleen ik heb nu jicht!
Daarom zit ik hier in het aangezicht!©nummer 22
Een hand bij toeval slechts geheven.
Niet ziende ogen vangen blinde stralen.Op onbegaanbaar strand haar schaduw overstemd. In schuim
zoekt zij verzande talen
op de thermiek van weggetrokken water©IngridvandenBerg
hij wacht
hij wacht de zon
de maan
het leven
alles wat in stralen valt
hem ruim omhulthij wacht de zee
die rolt
die bruist
in koppen hem omspoelthij wacht een trap
het licht
de troost
hij wacht
een trap naar boven© vuurjuffer
‘ Penelope…….! Penelope…..!! Penelope….!!! ‘
” Geloof mij, o vrouw, het is niet zo maklijk U van een tijd te vertellen zo lang reeds geleden. Er zijn al twintig jaren verlopen sinds hij, uit mijn vaderland zeilend, daarvandaan weg is. Maar toch zal ik, zó als het mij nu voor de geest staat, U het vertellen. ”
Odyssee, Boek XIX
Een toelichting op de foto van de aquarel die op het blog van Barbara Jansma is geplaatst in het kader van het bloginiatief ‘PENELOPE’.
Op de aquarel (2003, 70*50cm) is een unieke historische gebeurtenis vastgelegd door de schilder en tekenaar Piet Sytema, getogen Terschellinger. Piet Sytema, voormalig scheepsklerk, trad op onge-evenaarde wijze in de voetsporen van Willem van de Velde.
Een jaar van nimmer aflatende arbeid ging vooraf tot de laatste penseelstreek was gezet.
Mede omdat de schilder en opdrachtgever een konfliktje hadden over een naamswijziging van dit schip.Enkele van zijn werken zijn in het bezit van het Scheepvaartmuseum en het Amsterdams Historisch Museum. Op Terschelling is zijn werk te aanschouwen in diverse publieke gelegenheden, waaronder café ‘Het Wakend Oog’ aan de haven van West-Terschelling.
Op de aquarel ziet u het Linieschip de ‘Zeven Provincien’ onder het bevel van de Ruyter, niet te verwarren met hagelslag van dat merk, dat in 2003 na de gewonnen ‘Slag bij Kijkduin’ in 1666, op het Schuitengat naar de rede van het dorp West-Terschelling koerst.
Zeer bijzonder. In meerdere opzichten.
Namelijk, deze scheepsroute, die veelal gemeden wordt door grotere vaartuigen, is berucht en wordt gevreesd vanwege de verraderlijke stromingen, de vele wrakken en zandbanken die deze vaarroute markeren. Of juist weer niet. Of juist weer elders liggen.
Ook de VSp werd slachtoffer van de grillige, onvoorspelbare nukken van deze vaarroute. De ‘Pallieter’, alias ‘De Gulden Draak’, verloor eens bij droogvallen de schroef in het aangevoerde slib, die niet meer terug te vinden was in de blubber.Terzake evenwel.
Michieltje ontwaardde aldaar, vrolijk staande aan het roer, op het Groene Strand zijn trouwe geliefde en echtgenote, die afgereisd was vanuit Vlissingen, pompte zijn borst in de bekende kiel vol met lucht en riep haar luidkeels toe
Penelope…! Penelope…!! Penelope…!!!
De VSp, scheepsjongen, was getuige van dit unieke voorval en staat in het stuurboordswant op deze aquarel. Zijn trouwe scheepshond ‘Nozem’ kwispelstaart op het kwartierdek.
VSp’s toenmalige, ontrouwe ‘Penelope’, heden ten dage bekend als de “Mata Hari van Skylge” omdat ze er vandoor ging met andere vrijers, staat op het Officierendek. Zij schonk destijds in Hotel ‘Nap’ aan de voet van de ‘Brandaris’, deze unieke aquarel ter gelegenheid van een verjaardag aan de VSp. Plus regelmatig glaasjes in.
Op deze foto is niet te zien dat de ‘Zeven Provincien’ ter gelegenheid van deze gebeurtenis is omgedoopt tot ‘SHAG’. De VSp rookt namelijk niet alleen, er was nóg een aspekt. Iets waar de VSp tijd en aandacht aan besteedde op dit schip.
De verslagen Engelsen, in tegenstelling tot de half Engelstalige VSp, stond ongetwijfeld iets minder aangenaams te wachten na de verloren zeeslag bij Kijkduin. Die kwamen van een kouwe shower thuis met alle vervelende bijkomende symptomen van dien. Scheren was er evenmin bij. Laat staan de rest.Het origineel van deze aquarel is, alleszins toepasselijk, te bezichtigen tussen de houten balken en dakspanten in het slaapvertrek van de VSp op het landgoed ‘Rüplingshof’ (Roepershoeve). Het landgoed ligt temidden van uitgestrekte bossen, heidevelden, grazige weiden en vennen op marsafstand van de Rijn.
Het landgoed maakte ten tijde van Kaiser Wilhelm I deel uit van de eerste verdedigingslinie achter de Rijn om te verhinderen dat de vermaledijde Franzosen wederom via het Keizerrijk oostwaarts zouden trekken. Deze vochten overigens ook mee bij Kijkduin, waar ze smadeloos ten onder gingen. Merde!
De troosteloze restanten van een voormalige uitkijktoren, omgeven door een gracht, zijn de enige overgebleven, stille getuigen van deze roerige, ongewisse jaren.
In latere jaren vonden de gebouwen een agrarische bestemming. Gedurende de jaren 2007-2009 werden de voormalige verblijven, stallen, schuren met opstelplaatsen voor geschut, later voor vee en landbouw werktuigen, tot woonruimte verbouwd.Een waardige bestemming voor deze aquarel. Zoals voor de VSp, terug aan wal, die traditiegetrouw na gedane arbeid dat alles wel ‘voor gezien’ hield, rustiger vaarwater opzocht en de Avonturen van Odysseus nog eens gaat herlezen.
Met een andere ‘Penelope’. Dat wèl.
Geloof mij, o vrouw, het is niet zo maklijk U van een tijd te vertellen, zo lang reeds geleden. Er zijn al twintig jaar verlopen sinds hij, uit mijn vaderland zeilend, daarvandaan weg is.
Maar toch zal ik, zoals het mij nú voor de geest staat, U het vertellen…
De zandloper is uitgeput
als van boven de dieren gillen
dat hij nooit uit de tijd kan komen
omdat hij het niet kan laten te dromenvan heerlijke varkensoortjes en kikkerbillen.
“Je zet onze hele schepping voor schut
door je verlangen naar de ander als maaltijd
lopen hier mededieren zonder gehoor of zitvlak rond.”De vleesgeworden drager van de oudste klok
denkt dat het tekenen van yin yang in de grond
volstaat als rechtvaardiging voor zijn verfijnde ontbijt.
Strelen en kelen doe je nu eenmaal toch met dezelfde stok?©Marius van Artaaa
Penelope
Baukje Sudema had het zichzelf aangeleerd, het was begonnen als een hobby maar al snel liep het de spuigaten uit en werd zij professioneel knopenlegster.
Het huis van heit en mem was zo vol geknoopt dat zelfs het kleinste knoopje er niet meer bij kon. Met de geknoopte gordijnen was mem nog wel in haar sas maar de geknoopte pianosnaren hadden heit danig ontstemd. Ook de tuin moest er aan geloven, in alle bloemensteeltjes kwamen knopen, zelfs de prikkelende rozenstelen werden geknoopt in een parmantig achtjes-motief.
Het gevolg was dat niemand in de familie Sudema ooit nog maar iets vergat.
Zo kwam het, dat in heel Feanwâlden en verre omkriten er grote vraag ontstond naar de diensten van Baukje Sudema. Na een jaar of wat lag gans Faenwâlden, inclusief haar omkriten, in een knoop en er was niemand meer die ook maar iets vergat.
Aanvankelijk was het allemaal wel noflik (prettig) maar helemaal nooit wat vergeten kan ook knap lastig zijn en de knopen gingen knellen. Dezelfde knopen die zo prettig waren werden zeer onaangenaam, zelfs zo onaangenaam dat er spul (ruzie) van kwam.
Habbe, de zoon van Meine Hoogerhuis kon het spul niet langer verdragen in zijn geliefde dorp. Hij slenterde door friese wouden, langs ondergaande zonnen en jaagde op de regenboog om een glimp van wijsheid op te vangen. Een niet onbelangrijk onderdeel van zijn gedachten was Baukje want heimelijk was hij stapel fereale (dit laat zich raden) op haar.
Langzaam vormden de glimpjes een krachtige straal van wijsheid en daadkracht.
Een week later zou het keninginnedag zijn met de gebruikelijke festiviteiten van het oranjecomité: touwtrekken, pannadome, slingerbal en airtrack. Als hoogtepunt was er dit jaar als variant op het lepellopen, het penelope georganiseerd onder auspiciën van Hidde Paalsma, de plaatselijke groenteboer.
Eindelijk was het dan zover. Als lid van het oranjecomité mocht Habbe het penelope openen en hij koos daarbij Baukje aan zijn zijde. Alle ogen waren op het stel gericht en het betoverende oranje goud liet het wonder gebeuren. Wat er die nacht verder voorgevallen is tussen Baukje en Habbe is heel erg privé maar de volgende dag ging Habbe langs alle knopen van het dorp; met zijn ranke vingers en zijn fris gemoed warrelde hij zo de knopen uit de wâlden.
En zo kon iedereen weer rustig vergeten en zich herinneren hoe het niet meer was.©Ghijsa
Penelope,
De helden reizen lengtegraad.
Of het naar ’t zuide is of naar ’t noord,
de strijd is hevig,’t doel een woord
maar dan terug naar d’ evenaar
eist ware doodsverachting,
het kiezen van de juiste wind,
op tijd de buit bij vrouw en kind,
die bleven op de breedtegraad
met ware doodsverwachting.@simen vrederat
hier zit ik dan onder Hem zijn stralen
de zee zijn snot
zit Hij niks te doen want het werk is af
wat zit ik hier dan te dromen
dan het kwijlen van de zee zijn werk
moet ik dan wachten op wat nog komen kan
mijn dood zul je bedoelen
in het aangezicht van zijn smoel
de pijp uitgaan aan zijn rokken dansen
de zee die hij voor mij hier als een tapijt
heeft neergelegd….Hij zijn tranen van zijn mislukte
schepping aan mijn voeten heeft neergelegd@Rob Cruzdlo
Penelope was slechts één van haar vele namen.
Goden eigen hechtte zij niet aan identiteit.
Zij was Alles en zij was Niets.
Ze was het Begin en ze was het Eind.
Wat had ze soms een hekel aan mensenkinderen.
Alles wat Zij ooit had gecreeerd hadden ze benoemd en gedefinieerd.
En daarom zat ze tegenwoordig graag aan het strand.
Alleen hier was het bestaan nog altijd een komen en gaan.@Assyke
Penelope
Het kan verkeren, de druk op je hoofd
laat zich niet kanaliseren, het licht is altijd
daar als gids
de donkere spelonken van deze golvende
gewelven, het doolhof van wegen
naar een punt aan de einderdaar zit de schim van vroeger
tijden, hoe zoet de herinnering
aan de warme omhelzing
van vele zoute armen
op zwart/witte beelden van een lenige
zomer, de voetstappen die je achterliet
en verdwenen met elk nieuw
momentnu schijnt daar nog altijd de zon
achter de wolken voor wie het wil
zien, je wilt nog één keer beleven
van toen en hoe het was
maar je gebaar wordt gesmoord
in de wind@Wouter van Heiningen
Penelope
Daaaag, daag, dag…
Ze zijn weg.
Iedereen is bij die groene mannetjes in het ruimtevaartuig gestapt.
De dragende stralen blijven nog wat hangen.
Ik durfde niet.
Hoe verpest de wereld ook is
het is wel mijn wereld, of wat er nog van over is.
Een nieuwe wereld is aan mij niet meer besteedt
Ik kan geen afscheid nemen
De yin en yang moeten het maar doen
Ik zal de aarde er nog eens aan herinneren.@Blutch1
Penny Lopez: Oh oh, die zee
Trouw ben ik aan mijn Joel
Mijn ‘Joel is es’ helemaal
Mijn rede, mijn gevoel
Behoren mijn gemaalJoel is als een archetype
Mijn man, mijn zaad
Joel is mijn oerprinsipe
Als ik uit vrijen gaat.Ik kus Marco Beneloppi
Terwijl Frits mijn voeten likt
Henk vioolt een lekker moppie
Als Juan zijn kunstje flikt.Een hoorn des overvloed
Zee van mannelijk schoon
Lurkend aan het addergebroed
Baar ik je zoon na zoon.@Muys Mallot
——————————————————————————————————————————-
Vanavond na 9-en maak ik de links in orde, beloofd, maar in de blogroll zijn al veel mensen terug te vinden.
Wil iedereen die ik dan nog mis mij een link geven?
O, ik breek mijn belofte, gaar als boter nu. (update 22.00 uur)
——————————————————————————————————————————-
Destijds gooide ik mijn verhaal zelf weg. Ik vond het te lammetierig. Nu valt het verhaal me mee. Maar wat een oogst haal je uit zo’n tekening en een Volkskrantblog. Wow!
@martin, malloot! Jouw verhaal is prachtig!
Ja, waanzinnig toch, en het kan weer, en weer en weer. Krijg er kippevel van.
Goed dat je Beppe Maaike’s Ondraaglijk Vertelling als geheel nog een keer herplaatst.
@Glaswerk, moet ook. Mevrouw van der Pol komt er ook al aangestiefeld, eind van de week arriveert die misschien.
Penelopé heeft iets losgemaakt
Dat laat ze hier wel blijken
Velen heeft ze in ’t hart geraakt
Om hun gedachten te verrijken
Stralende zon kabbelend water
En grote stilte om haar heen
Geen enkele last van gesnater
Het stille zilte en o zo sereen
Met haar ogen zonne gericht
Het duale teken in ’t zand
Menselijk leiden groot gewicht
Verlossende stralen op haar hand
Winden waaien wolken drijven
Warmte stralen waters stromen
Alsjeblieft laat me hier blijven
Om gedachten verder te dromen
Dank je wel voor het herplaatsen
jammer dat ik het gemist heb maar
op de valreep weliswaar
zonder mededingen
een klein dichtje
dat ik jullie
toe wil zingen
@Beukmans, mooi!!!
Dank Bar, een volgende kans laat ik me echt niet ontnemen reken daar maar op!
@Beuk, jottum!
Prachtige verzameling. Staat er weer fier op!
Mag niet aan de vergetelheid ontrukt worden. Daar heb je dan ook voor gezorgd. Hulde, ook aan de deelnemers natuurlijk. Mooi project.
@Aad, fier is een prachtig woord.
Maar het mag toch wel aan de vergetelheid ontrukt worden? Typo toch?
Dank je, ook namens alle deelnemers!
mooi alles weer op een rijtje te zien en te lezen hier
hartegroet
svara
Barbara, Mooi om het in een doorlopend verhaal te lezen. Klasse!
Ter aanvulling en terzijde
Zit, hier alleen
gedropt, verlaten
Daar gaat mijn unversium ruimte gondel
naar het heelal, mijn planeet
Daar.. de ruimte, de nevels en zwarte gaten
Allen de lichten komen naar mijn plek
Ten afscheid
En ik? wat moet ik doen
De mensheid vertellen
dat ik een ruimtewezen ben in menselijk omhulsel?
Niemand zal mij geloven,
ik zal gepekt en geveerd worden
aan de schandpaal of wellicht
als Jeanne D’Arc als hekst verbrand
Verketterd als vreemd illegaal wezen
die wel zegt wie hij is maar niet is wat men ziet
Tenminste zo zien ze mij: de mens!
En ik… ben gedropt, geland
eenzaam of niet? op dit strand
Alleen Yon en Yang weet ik nog
in mijn herinnering, de rest vervaagt
snel als het snelheid van het licht.
Of.. gelooft u mij niet?
en bent u aan uw stand verplicht
uit te doen, dat helder licht?
Natuurlijk, wie gelooft in iets dat er niet is,
heeft begrepen mijn woorden
zo , eenzaam op een strand
een nagel in het zand!
Voorwaar, stijg op
in machines naar de zon,
door de nacht,
hunker naar de warmte op uw huid\
maar vergeet nooit te roepen en heel luid!
Dit is een verhaal met de olifant en slurf die
nu blaast alles heel snel uit!
Strangers in the night! Strangers in the nght.
Raiders in the ………………..
Tja…of?
@Amice22
Wat mooi man!
@svara, vind ik ook
@nummer22, hier zwijg ik even stil…
Zo veel te lezen, leuk dat je ze heir weer plaatst. Moet er toch nog maar eens voor gaan zitten om ze allemaal te lezen.
@Beeldsprekers, ge zult niet teleurgesteld raken…
Geweldig leuk om de verzameling hier weer bij elkaar te zien. Mooi dat je dat zo voor elkaar kreeg!
Geweldig mooi om te zien
Wow, wilde al eerder reageren, maar kon de reactie link niet vinden. Diepe bewondering voor al je moeite, tijd en energie.
Wat mooi allemaal. En veel teveel om allemaal in een keer te lezen. Ben bij het begin al blijven hangen. Wat een prachtig gedicht, Bert Deben, dank je wel!
Excuus voor mijn lamlendig terugreageren…
@Kiezels, binnenkort waag ik weer een poginkhje, en wie weet, want daarzonder julij zou al dit geen voortgange kunnen vinden.
@Paco, geweldig toch? Komende maand weer eentje. Met dank aan jouw en de jouwes, want ik deed er niks voor.
@VSp, nu niet gek gaan doen hoor, jij alle dank. Heb je nou al een stekkie?
@Mireile, hoi! Genieten doe je goed, heb ik ook gedaan!
Oja, boven aan de rechterkant vind je allerlei links naar allerlei lui, zo ook Bert Deben, kun je naar zijn plekkie toe. Leuk om te weten.
Pingback: Nu! De nieuwe bloggers schriftsels bij Beppe Maaike! | Barbara Jansma
kom ik hier maanden later kijken, lees ik hierboven nog zo’n schoon compimentje aan mijn adres van Mireille … een reden te meer om het gedicht (met tekening) binnenkort ook over te hevelen naar mijn nieuw blog …
mooi, al die inspiratie n.a.v. 1 tekening !